Nederland wil in 2050 een volledig circulaire economie zijn. De beheerder – ‘grootgrondstofbezitter’ bij uitstek – speelt hierin een cruciale rol. Samen met de vervangingsopgave die op ons afkomt, heeft het beheer van de openbare ruimte de potentie om een enorme circulaire slag te slaan. Maar dan moeten we wel nú aan de slag.
Collega Mark van den Kieboom schreef er een artikel over dat in deze week van de circulaire economie verschijnt in Stadswerk Magazine. Mark gaat onder andere in op het belang van actuele beheerdata en goede prognoses van vrijkomende materialen om als grondstof te hergebruiken. GBIbeheersysteem helpt je bij het benutten van de circulaire potentie. In GBI registreer je nu al de aard en omvang van je beheerareaal. Voor verschillende gemeenten stellen we materialenpaspoorten en formulieren op waarin we deze basisgegevens verder verrijken en verdiepen. In combinatie met de rekentooling van GBIappsbank maak je dan nog waardevollere prognoses van de vrijkomende materialen in de tijd. Daarmee weet je wat je hebt én welke grondstoffen je op welk moment circulair kunt ‘oogsten’ in de openbare ruimte.
“Beheerders kunnen cruciale bijdrage leveren aan circulaire samenleving”
Een volledig circulaire economie in 2050; over tien jaar moeten wij al op de helft zijn. De ambities die ons land zich heeft gesteld, liegen er niet om. En hoewel wij het globaal gezien behoorlijk doen, is er nog een enorme weg te gaan. Zeker wanneer je bedenkt dat Nederland volgens het Circularity Gap Report in 2020 qua circulariteit nog niet eens op een kwart zat (24,5 procent). Kortom, er moet nog veel gebeuren om slimmer en zuiniger met grondstoffen, producten en diensten om te gaan.